.
datum 13 mei 2020 geplaatst door Imke van Herk

De cultuursector is een vette industrie: Weet wat je waard bent!

 

De telefoon bij de Kunstenbond staat al weken rood-gloeiend. Naast het opzetten van een speciaal meldpunt voor getroffen werknemers en ZZP-ers en de uitgebreide lobby richting het ministerie van OCW, gaan de "reguliere" werkzaamheden ook gewoon door. We spraken Karin Boelhouwer, Belangenbehartiger Kunsteducatie, over de druk die op loopt...

Wat is de huidige situatie bij jullie?
Het is momenteel best hectisch bij de Kunstenbond. We krijgen zoveel vragen en opmerkingen van de kunstenaars, creatieven en verschillende branches die we vertegenwoordigen. Op allerlei gebieden, maar vooral over inkomens en werkgelegenheid.

Er wordt op online-gebied veel ontwikkeld waardoor werkzaamheden van kunstenaars, maar ook die van de belangenbehartigers door kunnen gaan. Het zijn veelal mooie initiatieven, maar er ontstaat binnen de vakbond en onderling ook een verlengde discussie; zet je praktijken niet zomaar online, werk niet gratis!

Een van de belangrijkste thema’s waar de Kunstenbond mee bezig is, is ‘fair practice’: Weet wat je waard bent. Onder #wijmakencultuur roepen we onze mensen op daar goed over na te denken. We zien waardevolle gesprekken ontstaan en onlangs wijdde Het Parool er een artikel aan.  
Daarnaast hebben onze juristen het druk met alle vragen over de TOGS en TOZO’s. We opereren in de taskforce culturele en creatieve sector richting ministeries en met veel informatie vanuit onze leden en het veld. Het is goed om te merken dat leden en niet-leden ons weten te vinden. We voelen ons betekenisvol en relevant.
Tegelijkertijd stapelt het werk zich op. Aan het begin van deze crisis openden we een meldpunt met betrekking tot inkomstenderving, maar hoe langer het duurt hoe erger het wordt…

Hoe ervaar je jouw functie?
Binnen de kunsteducatie gebeurt heel veel online. Dat gaat eigenlijk best goed, de lessen gaan grotendeels via videoverbindingen door. Ik zie dat als een goede ontwikkeling, ook voor de docenten die daar op voorhand minder makkelijk mee om leken te kunnen gaan. Iedereen die dat wil kan momenteel les krijgen, er worden goede dingen verzonnen en mensen leren van elkaar. Er zit een soort versnelling in de innovatie, maar het vraagt ook om inzichten en goede protocollen.
Naast de KE houd ik me ook bezig met de Nederlandse orkesten. Dat zijn enorme gezelschappen die nu niet meer met z’n allen op een podium kunnen zitten. We onderzoeken met elkaar hoe hun nieuwe toekomst vorm kan krijgen.

En hoe ervaar jij dit persoonlijk?
Ik vind het ontzettend druk en hectisch, maar het is ook fijn om te merken dat onze mensen de bond weten te vinden. Binnen de wereld van de kunsteducatie speelt er een aantal reorganisaties en faillissementen. Die processen waren al voor de Coronacrisis gaande en gaan nu gewoon door. Dat is wrang. Ik ben veel in gesprek met instellingen die gesteund worden door gemeentes. Veel van hen hadden het moeilijk door decentralisaties, er wordt intern aan de subsidieknoppen gedraaid en bezuinigd. Je ziet als oplossing vaak dat een dorp of stad ervoor kiest een KE instelling kleiner te maken en het werk van docenten na de zomer om te zetten in ZZP-schap. Dat lijkt voor gemeenten een goede stap omdat het werk dan door blijft gaan, maar medewerkers verliezen hun baan, hun rechtsbescherming. En als er nou schaarste binnen het aanbod zou zijn of enorme bedragen zouden worden betaald…maar binnen de kunsteducatie zijn die uurlonen vaak niet hoog waardoor ook arbeidsongeschiktheidsverzekeringen erbij in schieten. Het voelt vervelend om ook nu zulke gesprekken te moeten blijven voeren binnen organisaties waar medewerkers al dertig jaar prima muzieklessen geven. Docenten worden ineens gedwongen cultureel te ondernemen en dat is een heel andere expertise dan viool- of saxofoonles geven. Het beeld bestaat wel dat dat type docent oubollig is, maar ik vind het moedig dat er onder hen docenten zijn die deze uitdaging gewoon aangaan. Ook met de concurrentie vanuit de jongeren die net van de academies komen, nog niet bezig zijn met hypotheken en gezinnen en het door hun tarieven moeilijk maken voor de rest. Mijn boodschap aan hen is: ga niet te laag zitten! Weet wat je waard bent. Ik besteed hier momenteel veel tijd aan en dat gaat online best goed.

Biedt deze crisis ook kansen?
Ja, je ziet dat de enorme overlegstructuren voor een groot deel efficiënter gebeuren en online gebeuren er veel goede dingen op het gebied van educatie en cultuur. Veelal op het snijvlak van audiovisueel; Ik sprak vandaag een pianodocente die aangaf dat ze tegenwoordig filmpjes van haar handen van bovenaf maakt zodat leerlingen makkelijker mee kunnen kijken. Voor de 1 op 1 lessen zijn dat misschien wel verbeteringen voor altijd.
Wel vind ik het moeilijk om de fysieke beleving van kunst te vervangen. Er zitten in dat opzicht voor- en nadelen aan.

Naast mijn baan bij de Kunstenbond ben ik voorzitter van de Raad van Toezicht van het Paradiso Melkweg Productiehuis. Met de directeur/bestuurder praten we nu vaker. Het is een huis voor jonge muzikale makers die opereren op het snijvlak van popmuziek en theater, dans en visual art. We zien dat zij deze tijd gebruiken om nieuw werk te maken en bij ons aankloppen voor hulp in hun talentontwikkeling. Consulten worden nu online aangeboden en we kunnen de diensten breder uitzetten. Ik verwacht dat we na deze crisis een heel ander publiek zullen bereiken; ze komen uit alle hoeken en gaten. Ik zie daarin wel mogelijkheden, maar we zitten nu nog in de fase waarin we ons van veel nog niet bewust zijn, terwijl er wel veel borrelt.

Hoe gaan we straks weer open?
Dat zal organischer gaan dan we denken, maar met een heleboel hobbels. We zijn nu bezig met alle protocollen: Kunnen we weer open en hoe gaan we dat doen? Daar groeien we langzaam in mee en ik denk dat mensen ook veerkrachtig zijn. 
Tegelijkertijd hoor ik de angst, we moeten het OV straks in met een mondkapje, in sommige landen vrezen organisaties voor het aanzicht vanuit de subsidienten als ze opengaan voor 30 mensen; ‘O, ze kunnen het ook voor een kleine groep dus minder subsidie kan best.’ Ik verwacht wel dat we zullen opengaan en ons daaraan aanpassen.

Ervaar je nu extra vrije tijd?
Nee, ik heb eerder het idee dat ik meer werk. Het ‘naar huis gaan’ is iets anders dan alleen de trap af te lopen. De grens is ook moeilijker te bewaken.

Is er binnen de sector iemand van wie je nu zou willen weten hoe het gaat?
Ik ben benieuwd naar heel veel mensen, maar ik ga zelf ieder jaar naar het indoor festival ‘Le quess Who’. Een evenement met veel muziek maar ook audiovisuele acts in de binnenstad van Utrecht. Johan Gijssen is daar directeur en ik ben wel benieuwd of zij kansen zien om het festival in november door te laten gaan. Ze programmeren normaliter zowel nationale als internationale performers. Gaat er nog gereisd worden? Of zouden we deze editie alleen Nederlandse mensen zien? Ik ben benieuwd hoe zij dat aanpakken.

Wil je verder nog wat kwijt?
Ik merkte binnen deze crisis weer hoeveel mensen gebruik maken van de kunsten en wat worden we dan toch slecht gewaardeerd. Het is meer dan troost, inspiratie en afleiding. Het is een vette industrie en zo zouden we onszelf ook veel meer moeten positioneren. Het is én én! Waarom moeten we nu zoveel geld in de bloemen en de scheepsbouw steken terwijl er structureel meer geld wordt omgezet in de kunst en cultuur? We mogen deze sector zakelijker benaderen. En dan hoop ik niet dat het geld vervolgens alleen naar alle goedbetaalde adviseurs gaat…