Hoe gaat het met de jonge maker?

Hoe gaat het met de jonge maker?
Schrijfster Daan Borrel (1990) studeerde Literatuurwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam en is naast romanschrijver ook freelancejournalist. Ze schrijft onder meer voor NRC Handelsblad, De Groene Amsterdammer en ELLE over seksualiteit, intimiteit en het lichaam. In haar eerste boek Soms is liefde dit (2018) onderzoekt ze de vrijheden en beperkingen van haar seksuele verlangens als vrouw, en pleit ze voor seksualiteit en denken die meer belichaamd is. Regisseur Loek de Bakker (1992) studeerde in 2016 af aan de regieopleiding van de Toneelacademie Maastricht met een eigenzinnige versie van Ibsens Hadda Gabler. Een terugkerend thema in zijn voorstellingen is de vraag hoe je wordt wie je bent, welke invloed de ander hierop heeft en hoe je jezelf handhaaft in een complexe wereld. Samen werken zij nu aan een nieuwe tekst en regie bij de Tekstsmederij. Een zoektocht naar de grens tussen fictie en tijd. Over liefde, seks, gender en meer. Van 2 t/m 15 juni sluiten ze zich samen met coach Nhung Dam en acteurs Mirthe Labree en Alex Hendrickx twee weken op in de studio van Stipproducties om met elkaar aan het stuk te werken. We spraken voorafgaand aan de repetitieperiode met beide makers om te horen hoe ze zich voorbereiden en hoe zij deze periode van onzekerheid ervaren.
Hoe gaat het met je als maker in deze periode?
Daan: Ik ben op dit moment nog bezig met de afronding van een aantal projecten die al voor de crisis gestart waren. Ik heb in dat opzicht nog weinig met de corona-gevolgen te maken gehad en hoefde tot nog toe weinig nieuwe opdrachten te zoeken. Wel krijg ik de kriebels als ik hoor dat tijdschriften en kranten aan het snijden zijn in hun personeelsbestand en er daardoor veel meer freelancers zijn. Ik word er eigenlijk zo moe van dat we deze weken de controle niet meer in handen hebben, maar het heeft anderzijds ook wel wat om met de week te leven en niet te ver vooruit te kunnen kijken.
Loek: Ik heb het gevoel dat ik de afgelopen periode door vier verschillende fases ben gegaan. Van de ene op de andere dag viel het project waaraan ik bezig was uit. Het was raar en ook wel treurig, maar je snapt waar je het voor doet en dat het noodzakelijk is. Daarna ging ik even door een wat lamlendigere fase met uitzichtloosheid waarin ik me afvroeg: Waar doe ik het allemaal voor? Waarna ik me realiseerde dat dit ook een tijd is waarin ik juist de dingen kan doen die ik altijd al eens wilde doen; Voorstellings-ideeën uitzetten naar audio ideeën, dat soort dingen.
Nu ben ik voor mijn gevoel weer vol aan de slag binnen het veranderde systeem. Ik werk hard aan een fictie podcast en aan het project bij de Tekstsmederij. Het is heel fijn om daar nu de aandacht voor te kunnen hebben en steun te ervaren vanuit verschillende hoeken. Het geeft een nieuw soort focus.
Heb je gebruik moeten maken van de TOZO regeling?
Daan: Omdat er in de zomer veel projecten uit zullen vallen, heb ik die financiële steun wel aangevraagd.
Zie je in de crisis in dat opzicht ook kansen?
Loek: Dat klinkt voor mij als ‘de tering naar de nering zetten’, maar ik vind het wel fijn om die extra tijd goed te kunnen benutten.
Daan: Ik word juist heel onrustig van mensen die zeggen dat ze nu tijd over hebben, omdat er tegelijkertijd ook zoveel aan de hand is. Door het vele thuis zitten en alleen zijn heb ik wel extra ervaren hoeveel ik aan het rennen was hiervoor. Deze vernieuwde fase, nu de dingen weer een beetje beginnen op te starten, zorgt er ook voor dat ik opnieuw dat gevoel ervaar van haast, maar dan vanuit huis…
Loek: Ik heb heel veel gelezen tijdens de eerste weken van de quarantaine. Dat was lekker, maar ik merk ook dat ik behoefte heb aan nieuwe vormen van inspiratie. Ik heb zin om weer naar een museum, theatervoorstelling of film in de bioscoop te kunnen gaan; Op zoek naar andere manieren om me in de kunst onder te kunnen dompelen.
Daan: En om straks weer samen met andere mensen te kunnen sparren over nieuwe ideeën is ook een fijn vooruitzicht.
Wat betekent zo'n traject bij de Tekstsmederij voor jullie?
Loek: Als ik het betrek op deze tijd, is het heel leuk om weer samen iets te mogen maken. Met elkaar ideeën te ontwikkelen en daar vorm aan te kunnen geven. We zijn de laatste tijd zo op onszelf toegewezen geweest.
Daan: Ik vind het heel bijzonder om dit traject met Loek te doen. Het was voor mij een manier om een keer samen te werken en om een keer voor theater te schrijven. Het is eigenlijk nog zo veel meer geworden dan ik vooraf bedacht had. Loek besteedt zoveel aandacht aan de teksten! Ook al zouden we hier uiteindelijk niks meer mee doen, dan hebben we al veel van elkaar geleerd. En dat zal de komende weken alleen nog maar meer worden. Het is een fijne uitdaging iets anders te doen zonder dat het grote vormen hoeft aan te nemen, er hoeft straks niet een compleet toneelstuk te staan.
Loek: Er is ruimte voor het experiment, er is geen enkele druk. Ik vroeg Daan voor de samenwerking omdat ik haar als persoon en als schrijver heel inspirerend vond. Dat is goed uitgepakt, die gesprekken zijn inderdaad heel waardevol. En dankzij de vrijheid die er is, kunnen we werken met dat wat er nu ligt.
Daan: Het is voor ons allebei een oefening an sich. Zo’n werkmethode bestaat bijna niet meer in ons leven, we zijn altijd zo bezig met het eindresultaat in plaats van met het maakproces.
Loek: Én we zijn allebei ontzettend perfectionistisch... Het stuk dat Daan nu schreef lijkt al zo af. De komende twee weken zullen we ervaren wat het op de vloer doet.
Jullie stuk gaat over intimiteit, gender, lichamelijkheid, seksualiteit. Wat kunnen de mensen verwachten?
Daan: Het gaat heel erg over de grens tussen tijd en fictie: ‘Zijn de rollen die je dagelijks speelt niet ook gewoon fictief? Als je een andere rol wilt aannemen, moet je het verhaal er omheen dan ook veranderen of kun je alleen je eigen rol aanpassen?’ Qua vorm liggen er nu monologen en dialogen waarmee we dat kunnen gaan onderzoeken.
Loek: De eerste aanleiding was de roman van Daan ‘Soms is liefde dit’. Dat boek had al hele verschillende vormen in zich; een brief, een essay, een blik naar buiten, het is heel intiem en persoonlijk geschreven. De tekst die er nu ligt bestaat uit gesprekken en persoonlijke monologen. Ik wil die veelvormigheid ook op de vloer opzoeken, daarmee spelen, werken met de beelden die geschetst worden. Het gaat deels over Romeo en Julia. Ik wil wel eens zien hoe de acteur in zijn dromen Romeo denkt te spelen, hoe geef je dat vorm? Welke middelen heb je daarvoor nodig? Misschien wordt het wel een dans. Het is een grote zoektocht naar manieren om deze tekst op de vloer te brengen.
Straks gaan jullie de studio in met twee acteurs, wat hoop je voor jezelf te bereiken?
Daan: Ik kijk er heel erg naar uit en ben nieuwsgierig naar wat er gaat gebeuren zonder dat we ons opgejaagd voelen door acteurs en publiek. Daarbij heb ik heel veel zin om volgende week weer elke dag ergens heen te mogen.
Loek: Ik ben blij als we met de teksten die er nu liggen de gedachten en de gevoelens die wij daarbij hebben kunnen communiceren, met de acteurs en met een publiek. En ik wil de lol van een repetitieproces weer ervaren. Ik wil echt met elkaar zoeken naar wat er allemaal mogelijk is.
Daan: Ik hoop ook weer iets meer te ervaren hoe het is om een theatertekst te schrijven. Ik denk dat het me kan helpen in mijn andere schrijven.
Welk gevoel hoop je bij een publiek los te maken?
Daan: Dat ze geraakt en geïnspireerd zijn.
Loek: Ik hoop ook dat ons werk ze aan het denken zet. Ons proces ging heel erg over met elkaar over een bepaald thema praten, maar we hebben tegelijkertijd ook gereflecteerd op hoe dat in ons eigen leven een plek heeft. Het is daardoor heel persoonlijk geworden. Ik ben me nog meer bewust van mijn eigen ervaringen op dit gebied en ik hoop dat bij een publiek ook los te maken.
Wat zijn je ambities voor de toekomst als maker?
Daan: Misschien vind ik het wel leuk om hierin door te gaan, maar ik weet ook nog niet of ik dat wel kan. Daarnaast zou ik willen zoeken naar vormen om met minder tekst te kunnen werken.
Loek: Ik ga als regisseur een leuke stap maken bij de Toneelschuur in Haarlem. Daar kijk ik heel erg naar uit. Verder, kijkend naar de langere lijn, ben ik nu op verschillende manieren bezig met het maken van toneelstukken, muziekvoorstellingen, fashionshows. Ik zou het leuk vinden om te kijken hoe ik die werelden later nog wat meer samen kan brengen.